Een auto is voor veel mensen een van de belangrijkste dagelijkse vervoersmiddelen. Elke dag ga je ermee naar je werk, boodschappen doen of gewoon even lekker toeren omdat het zo een fijne wagen is. Zodra je de auto aanschaft werkt alles fijn naar behoren en lijkt er geen vuljte aan de lucht. Totdat de dag komt dat je auto kuren begint te vertonen en je opeens bakken geld aan reparaties kwijt bent. Veel van die reparaties zijn echter gemakkelijk te voorkomen, of kan je gewoon heel makkelijk zelf doen. Wij hebben zes goede tips om zelf je onderhoud van je auto te doen op een rij gezet. Zo bespaar je een hoop onnodige kosten en misschien vindt je het zelf wel leuk om te doen. Een beetje klussen in het weekend is nooit een verkeerde bezigheid en zeker niet als het je geld bespaart.
1. Rij je tank nooit helemaal leeg
Wat veel mensen niet weten is dat de bodem van zowel een benzine als een diesel tank in de loop der tijd bedekt wordt met bezinksel en vuil. Op het moment dat je de tank te leeg rijdt wordt de onderste laag van de brandstof gebruikt waar dit bezinkel en vuil in zit. Als dat in je motor terechtkomt lijdt dat uiteindelijk tot kapotte pompen en verstopte filters. Dit is dus iets dat je makkelijk kunt voorkomen en je op de lange termijn geld aan onderhoudskosten gaat besparen. Makkelijk verdient toch?
2. Zelf ruitenwissers vervangen
Ruitenwissers zijn een belangrijk onderdeel van je auto. Want zodra die ermee kappen kunnen ze je vooruit niet meer schoon houden en zie je dus niks meer. Ruitenwissers hebben nog weleens de neiging om uit te drogen. Dan beginnen ze te piepen en wordt het hoog tijd ze vervangen. Doe je dit niet dan heb je naast weinig zicht ook kans op schade aan je voorruit. En dan ben je pas echt kosten aan het maken. Tijdens een wasbeurt wordt ook vaak vergeten de ruiterwissersbladen even mee te nemen, een wasstraat is hier namelijk niet voor gebouwd. Neem dus na een wasbeurt even de ruitenwisbladen af met een doekje zodat ze zolang mogelijk schoon en goed blijven.
3. Zelf autolampen vervangen
Deze tip geld echter voornamelijk voor eigenaren met een iets oudere auto. Daar zijn de lampen namelijk heel makkelijk van te vervangen door de vele ruimte die vrij is. Je bestel de juiste auto onderdelen, trekt de kap eraf en plugt dat nieuwe licht erin. Scheelt je weer de uurpijs van een montuer. Heb je een nieuwere auto dan kan het wat lastiger worden. Uit een praktijktest van ANWB is gebleken dat bij 30% van de nieuwe auto’s het lampje niet meer langs de kant van de weg te vervangen is. Bij sommige modellen, zoals de VW Golf IV, zit het lampje zo goed ingebouwd dat je het zelf niet kunt zien, laat staan aanraken. Dat wordt een dure reperatie. Maar bij 70% van de auto’s kan het dus makkelijk zelf gedaan worden.
4. Zelf bandenspanning controleren
Er zijn verschillende goede redenen om elke maand je bandenspanning te controleren. Veiligheid en brandstofverbruik zijn hier de belangrijkste van. De juiste spanning van de banden staat altijd in het onderhoudsboekje van de auto en soms ook op de sticker aan de binnenkant van het portier van de bestuurder. Dit is meestal gewoon mogelijk bij elk willekeurig tankstation. Bij een te lage bandenspanning verbruik je absoluut meer brandstof, wat je dus nu makkelijk bespaart. Bij een te hoge bandenspanning is het contact met het wegdek minder goed en zal er meer bandenslijtage plaats vinden. Dat kost je dus meer banden aan het eind van de dag, ook net zonde van je geld.
5. Zelf de koelstof van de auto bijvullen
Dit is wederom een klusje dat je makkelijk een ritje naar de garage kan besparen. Omdat de motor van de auto behoorlijk warm wordt, is elke auto voorzien van een koelvloeistofreservoir. De koelvloeistof zorgt ervoor dat de motor niet oververhit raakt. Het beste is dat je elke maand het vloeistofniveau checkt. Op het koelvloeistofreservoir staat meestal met streepjes aangeven wat het minimum en het maximum aan vloeistof in het reservoir moet zijn. Een tip van ons is zeker voor de APK keuring zelf even je vloeistof bij te vullen. Anders doen ze wel voor je bij de gagrage, maar daar betaal je uiteraard de hoofdprijs.
6. Gebruik je auto niet als je ook kan fietsen
Dit klinkt voor velen natuurlijk als een grap, je hebt die auto tenslotte zodat je niet meer hoeft te fietsen. Maar korte ritjes zijn niet goed voor je auto. Dit omdat de auto door de koude motor hoog in het brandstofverbruik zit en er ten opzichte van lange ritjes veer meer slijtage plaats vindt. Probeer ook niet een te vlotte rijstijl erop na te houden, dit zorgt voor hoge slijtage aan je banden en remschrijven. Een beetje zuinig op je auto zijn bespaart uiteraard onderhoud.
